woorden

Cisterciënzer
Een Cisterciënzer is een lid van de Orde van Citeaux.
Het ‘Nieuwe Klooster’ van Citeaux, in 1098 gesticht door de heilige abten Robertus van Molesme, Albericus en Stephanus Harding bracht een nieuwe, eigen vorm binnen de Benedictijnse traditie. Cîteaux – Moeder van ons allen -werd de bakermat van de Cisterciënzerorde.

Lectio divina
‘Bij de geestelijke lezing wordt een tekst waarin je iets voedzaams hoopt aan te treffen heel langzaam gelezen, en wel tot iets je raakt. Dan stop je. Wat je geraakt heeft bekijk je nog eens opnieuw, en rustig associërend overweeg je hoe het kwam dat je geraakt werd, wat dat eigenlijk was, en wat daarop je antwoord zou kunnen zijn. Het is een soort proevend herkauwen van een tekstfragment, totdat je denkt dat je er de voedende sappen wel zo’n beetje uit hebt gehaald – de oude monniken noemden dit ruminatio, het Latijnse woord voor wat koeien met gras doen.’
(Uit: Een levensregel voor beginners, Wil Derkse, Uitgeverij Lannoo nv, Tielt, 2000)

Constitutie
‘De Constituties zijn een aanvulling, een uitwerking, een toepassing in de praktijk van de in de Regel gegeven voorschriften of beginselen, maar ze zijn ook een aanpassing en vervanging.’
(Constituties en Statuten, Cisterciënzerorde van de Strikte Observantie, Rome 1990)
(Zie ook : www.ocso.org, de site van de Cisterciënzerorde)

RB
Regula Benedicti: Regel van Benedictus
Benedictus (ca.480 – 550) wordt beschouwd als de stichter en ‘vader van het westers monnikendom’. In de eerste helft van de zesde eeuw schreef hij zijn Regel voor monniken: een in vorm zetten van het evangelie voor monniken en monialen die geroepen zijn om Christus te volgen in het leven van elke dag.
(De Regel van Sint – Benedictus, vertaald door Vincent Hunink, Em. Querido’s Uitgeverij BV, Amsterdam, 2000)

Zoeken naar God
Volgens Sint-Benedictus zal men met de grootste zorg onderzoeken of zij die intreden werkelijk ‘God zoeken.’

Monnik
– Oorspronkelijke betekenis: iemand die in eenzaamheid leeft.
– Nu ook de benaming voor wie afgezonderd van de wereld met gelijkgezinden een gemeenschappelijk leven leidt.
– Het Griekse woord ‘monos’ betekent naast ‘alleen’ ook ‘één’. De monnik is iemand die er naar streeft om zijn innerlijke verdeeldheid te overwinnen en tot innerlijke eenheid en zuiverheid van hart te komen.

Trappist
– Oorspronkelijke benaming voor een monnik van de cisterciënzerabdij ‘La Trappe’, die in de 17e eeuw hervormd werd door abt de Rancé later is deze benaming uitgebreid tot de cisterciënzermonniken van vele abdijen die deze hervorming volgden.
– De cisterciënzermonnik wijdt zich onverdeeld aan God toe. Voor God alleen maakt hij zich vrij en leidt daartoe een monastiek en contemplatief (beschouwend) leven.


De benaming ‘Trappistenbier’ is juridisch beschermd en mag alleen gebruikt worden voor bier gebrouwen door Trappistenmonniken in hun klooster. Van alle Belgische bieren zijn er maar zes die de naam Trappist mogen dragen: Achel, Chimay, Orval, Rochefort, Westmalle en Westvleteren. Enkel deze zes bieren worden gebrouwen binnen de muren van een trappistenabdij. U herkent ze aan dit logo:

 trapist